Per 1 januari 2024 is de Wet Rechtspositie Gesloten Jeugdhulp in werking getreden. Deze wet is bedoeld om de rechtspositie van kinderen in de gesloten jeugdzorg te verbeteren. Vrijheidsbeneming is een ingrijpende maatregel die alleen met uiterste zorg mag worden opgelegd. De afgelopen jaren zijn echter meerdere verhalen naar buiten gekomen over ernstige misstanden binnen de gesloten jeugdzorg. Meerdere keren is aangegeven dat verandering noodzakelijk is binnen de gesloten jeugdzorg. De invoering van deze wet is een belangrijke stap in dat proces.
Laatste redmiddel
Gesloten jeugdzorg ontneemt de vrijheid van de adolescent met als doel hem of haar te behandelen. De maatregel kan worden opgelegd aan jongeren tussen de twaalf en achttien jaar. De Jeugdwet bepaalt dat een kinderrechter moet beoordelen of een jongere kampt met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling naar volwassenheid belemmeren. Daarnaast moet de opname noodzakelijk zijn om te voorkomen dat de jongere zichzelf aan de jeugdhulp onttrekt of door anderen wordt weggehouden. Het uitgangspunt is dus dat de gesloten jeugdzorg alleen als laatste redmiddel mag worden ingezet.
Jongeren in een gesloten instelling kunnen niet zonder toestemming vertrekken en wonen niet langer bij hun ouders. Dit zijn ingrijpende veranderingen in het leven van een kind. Aangezien minderjarigen kwetsbaar zijn zonder ouderlijk toezicht, rust de verantwoordelijkheid voor hun bescherming bij de staat en de instelling waar ze verblijven. Het is daarom van groot belang dat jongeren in een gesloten instelling op een zorgvuldige en veilige manier worden begeleid. Desondanks krijgt niet elk kind de hulp die het nodig heeft.
Eenzaam gesloten
Op 4 maart 2024 bracht Jason Bhugwandass het rapport ‘Eenzaam gesloten’ uit. Bhugwandass werd in 2015 zelf op een Zeer Intensieve Kortdurende Observatie- en Stabilisatieafdeling (ZIKOS) in een gesloten instelling geplaatst. Door zijn eigen negatieve ervaringen in de jeugdzorg is hij onderzoek gaan doen naar de ervaringen van 51 andere jongeren die op een dergelijke afdeling verbleven. Uit het rapport komen ernstige misstanden naar voren, waaronder psychisch, fysiek en seksueel geweld. Veel jongeren gaven aan dat hun vrijheidsbeneming niet noodzakelijk was, maar dat alternatieve maatregelen onvoldoende capaciteit, personeel en middelen hadden om hen op te vangen.
Bovendien vonden zij dat veel medewerkers niet over adequate vaardigheden beschikten om hen goed te begeleiden. Dit werd bevestigd door de medewerkers die deelnamen aan de interviews in het rapport van Bhug. Het uitgangspunt dat vrijheidsbeneming alleen als allerlaatste maatregel mag worden opgelegd, blijkt in de praktijk dus lang niet altijd te worden nageleefd. Dit heeft geleid tot een maatschappelijke discussie over de inzet van vrijheidsbeneming binnen de jeugdzorg. Waar de wet stelt dat gesloten jeugdzorg de ontwikkeling naar volwassenheid moet bevorderen, wijzen gedragswetenschappers erop dat deze vorm van hulp juist schadelijk kan zijn. Uiteindelijk heeft deze discussie ook het rechtssysteem bereikt, wat mede heeft geleid tot de invoering van de nieuwe wet Rechtspositie Gesloten Jeugdhulp.
Nieuwe wet, nieuwe kansen
De Wet Rechtspositie Gesloten Jeugdhulp moet de rechtspositie van jongeren verbeteren en ervoor zorgen dat de maatregelen binnen de gesloten jeugdzorg zo kort mogelijk duren. In de nieuwe wet is duidelijker vastgelegd wat de rechten van de kinderen zijn tijdens een plaatsing in de gesloten instelling. Daarnaast zijn er twaalf amendementen door de Tweede Kamer aangenomen om de leefomstandigheden van deze jongeren te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn de standaard toewijzing van een vertrouwenspersoon en meer inspraak over de leefruimte in de instelling.
Uit rapporten zoals dat van Bhugwandass blijkt dat er behoefte is aan een beter systeem dat kwetsbare kinderen écht beschermt en hen de hulp biedt die ze nodig hebben. Het gaat om kinderen die al kampen met ernstige opvoed- en opgroeiproblemen, waardoor ze goede en professionele begeleiding nodig hebben. Het recht heeft een grote invloed op de praktijk en de invoering van de nieuwe wet is een stap in de juiste richting. Toch is dit slechts het begin van een grotere hervorming binnen een systeem dat al langere tijd onder druk staat.