Strafrechtadvocaat Jan-Hein Kuijpers: ‘Met de neus in de boter.’

interview-Jan-Hein-Kuijpers

Kuijpers studeerde rechten aan de Katholieke Universiteit in Tilburg. Al snel wist hij zeker dat hij het strafrecht in wilde. Zijn vrienden verklaarden hem voor gek, Kuijpers hield stug vol en kwam door een stage terecht in de praktijk van Piet Doedens. Doedens verdedigde Nederlands grootste drugscriminelen en Kuijpers zat op de eerste rij. Hier ontstond de fascinatie voor het bijstaan van cliënten binnen de georganiseerde misdaad. Deze tak van het strafrecht is overigens niet zonder gevaar. Tot twee keer toe heeft Kuijpers van dichtbij heftige bedreigingen meegemaakt, maar dit hield hem niet tegen. Hij is onder andere advocaat geweest van Willem Holleeder en Martien R. Momenteel staat hij een verdachte bij in het Marengo-proces. Er is veel veranderd in de tijd tussen zijn stage bij Doedens en nu. Niet alleen de criminelen zijn harder geworden, het strafrecht is ook een zekere verharding ondergaan. 

Met de neus in de boter

Kuijpers wilde per sé het strafrecht in. ‘Er viel alleen geen droog brood mee te verdienen.’ Desalniettemin hield hij voet bij stuk en kort daarna deed zich een kans voor uit onverwachte hoek. Tijdens zijn rechtenstudie werkte Kuijpers bij een Italiaans restaurant. De neef van de eigenaar had in zijn restaurant iemand doodgestoken die probeerde de zaak te beroven. ‘De eigenaar zei dat ik bij de rechtszaak moest gaan kijken. Zijn neef werd namelijk verdedigd door Piet Doedens, die bekende advocaat’. Zodoende begaf Kuijpers zich naar de rechtbank in Arnhem waar hij Doedens zag pleiten. Na afloop van de zitting vroeg hij Doedens zijn Hazewinkel Suringa te signeren, zodat hij later wist wie de brief met het stageverzoek had geschreven. Na aanhoudend schrijven en bellen mocht Kuijpers drie maanden stage lopen bij Doedens.

‘Het strafrecht bewijst zich in de zware strafzaken.’ 

Als een van de bekendste strafrechtadvocaten verdedigde Piet Doedens grote drugscriminelen zoals de Hakkelaar, Zwarte Cobra en Zwolsman. Kuijpers was overal bij. ‘Met de neus in de boter; als rechtenstudent kende ik al die jongens al.’ Hier ontwikkelde zich de fascinatie voor de georganiseerde misdaad. ‘Het strafrecht bewijst zich in de zware strafzaken.’ De stage van drie maanden liep uiteindelijk uit op een dienstverband van zeven en een half jaar in de praktijk van Doedens.  

Opvliegers

In zijn tijd bij Doedens leerde Kuijpers strafrechtadvocaat Paul Bovens kennen. Samen met Bovens probeerde Kuijpers een maatschap op te richten, maar dit mislukte al in de  proefperiode door ernstige bedreigingen. ’s Avonds toen er niemand op kantoor was, werd een bom door de brievenbus geduwd. Kuijpers herinnert zich dat de klap erg groot was. ‘Ik had een doos dossiers onderaan de trap gezet met de gedachte dat ik dat morgen zou doen, de volgende dag lagen de dossiers versplinterd op zolder.’ Hij kon zich niet voorstellen dat de bom voor hem bedoeld was. Zijn collega Bovens was zo geschrokken dat hij stopte als strafrechtadvocaat. Kuijpers liet zich niet afschrikken en zette een nieuwe maatschap op. 

‘Cobra’s naar binnen gooien en door ramen heen schieten, het is bijna mode geworden.’ 

In augustus 2020 werd het huidige kantoor van Kuijpers beschoten. ‘Het veiligheidsglas bleek niet dik genoeg, er zitten nog steeds kogels in het plafond.’ Er was gelukkig niemand op kantoor aanwezig, maar de schrik zat er wel flink in. Dit soort bedreigingen komen steeds vaker voor. ‘Cobra’s naar binnen gooien en door ramen heen schieten, het is bijna mode geworden.’ Dit is te wijten aan een verandering binnen de georganiseerde misdaad. De hedendaagse criminaliteit is volgens Kuijpers niet alleen jonger, maar ook veel opvliegender. ‘Vroeger had je de poldermaffia die bij ruzie samen gingen zitten. Nu wordt er niet meer gepraat, er wordt meteen geschoten.’ Hij legt uit dat veel jongeren in de criminaliteit belanden door maatschappelijke ongelijkheid. ‘Veel gasten die ik bijsta voor zware delicten hadden het op school goed gedaan, maar kregen de kans niet.’

De harde waarheid 

Door het excessieve geweld in de georganiseerde misdaad zijn er versneld wetten in het leven geroepen. Een voorbeeld hiervan is de kroongetuige-regeling. De inzet van dit middel is echter omstreden. Kuijpers staat geen kroongetuigen en informanten bij. ‘Principieel gezien is het natuurlijk kat op het spek binden als je een dergelijke getuige toelaat.’ Kuijpers denkt dat de kroongetuige niet altijd eerlijk zal zijn. De verklaring kan worden aangedikt uit eigen belang. ‘Iemand die klem zit in de onderwereld wil nog weleens een dubbele agenda hebben.’ Een kroongetuige kan door zijn verleden juist erg goed de waarheid verdraaien volgens Kuijpers. ‘Negentig procent klopt, maar hetgeen waar het juist om gaat kan zomaar niet kloppen en ga jij die tien procent er maar eens uit vissen.’ 

Ondanks de verhardingen binnen het strafrecht kan Kuijpers het iedereen aanraden. ‘Overdag ben je altijd op pad en je komt de meest uiteenlopende mensen tegen.’ Vooruitkijkend wijst hij digitale misdaad aan als een snelgroeiende vorm van criminaliteit. ‘Moord, doodslag en drugs zullen altijd bestaan, maar cybercrime gaat echt een vlucht nemen.’

Meer over

Deel dit artikel

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven
Scroll naar top