Een sterk thuisfront is onmisbaar in de strijd tegen witwassen

column-sterk-thuisfront-witwassen

Volgens de Rijksoverheid wordt door criminelen in Nederland jaarlijks ongeveer 16 miljard euro witgewassen. Daarmee is het in Nederland bruikbaar gemaakte crimineel besteedbaar inkomen slechts 1,4 miljard euro minder dan de in 2023 begrote uitgaven voor Justitie en Veiligheid. Een verbetering ten opzichte van voorgaande jaren, waar het totaalbudget voor Justitie en Veiligheid structureel onderdeed voor het aantal witgewassen euro’s. In 2019 werd een ‘plan van aanpak’ geïntroduceerd om het tij te keren. Hoe effectief is dat plan en hoe kan de collectieve criminele portemonnee nog verder worden gedrukt? 

Onder- en bovenwereld

Witwassen is een proces van versluiering dat erop gericht is crimineel geld een ogenschijnlijk legale herkomst te geven. Het geeft criminelen de mogelijkheid hun opgebouwde vermogen te beleggen, te sparen of te gebruiken in de bovenwereld. Het proces waarbij onderwerelds kapitaal bovenwerelds wordt gemaakt, is schadelijk voor de integriteit van het financieel-economisch stelsel. Criminelen krijgen belangen in bonafide ondernemingen en onrechtmatig verkregen kapitaal wordt opgenomen en gebruikt in een op rechtmatigheid gebaseerd systeem. Het exorbitante bedrag houdt mogelijk verband met de toename van de georganiseerde misdaad. Deze veronderstelling wordt onderschreven door het feit dat veruit het grootste aandeel witgewassen euro’s aan de nationale en internationale drugshandel toekomt.

Plan van Poortwachters 

In 2019 introduceren toenmalige ministers Hoekstra en Grapperhaus een ‘plan van aanpak’ ter bestrijding van grootschalig witwassen. Het plan kent drie pijlers, waarvan de tweede het effectiefst blijkt: dienstverleners binnen het financiële stelsel worden als ‘poortwachters’ geacht witwassen nog actiever tegen te gaan. Banken moeten volgens het plan transacties nog nauwlettender monitoren en ongebruikelijke activiteiten op eigen initiatief onderzoeken. De financiële sector kan rekenen op fikse boetes wanneer niet wordt voldaan aan de opgelegde verplichtingen. ING nam in 2018 genoegen met een recordbedrag van 775 miljoen euro wegens ‘ernstige nalatigheden bij voorkomen witwassen’. 

Bij het privatiseren van publiekrechtelijke verantwoordelijkheden, is sprake van een belangenafweging. Aan de ene kant staat het belang van banken, die hebben te kampen met omvangrijke investeringen, kosten en opsporingsverplichtingen. Aan de andere kant staat het belang van het OM, dat gebaat is bij het vinden van de meest effectieve manier het onrustbarende witwas probleem op te lossen. In dit geval heiligt het doel de middelen. Effectiviteit en maatschappelijk belang zijn doorslaggevend. Het is ondenkbaar dat het OM zonder vergaande hulp van de financiële sector, witwassen effectief kan bestrijden. Die strijd is van groot belang gezien de steeds groter wordende aanwezigheid van georganiseerde misdaad in de samenleving en de ernstige gevolgen daarvan. 

Strijd tegen het thuisfront

De belangenafweging en de uitvoering van het plan leggen meer bloot. De Nederlandsche Bank (DNB) fungeert voor banken als toezichthouder met betrekking tot navolging van de regels omtrent witwassen. DNB publiceerde recent het rapport ‘Van herstel naar balans’, waarin onder andere de doelmatigheid van de opgelegde verplichtingen in twijfel werden getrokken. Kortgezegd wordt nu van banken verwacht dat ze alle ongebruikelijke transacties in kaart brengen en onderzoeken. DNB pleit in het rapport voor ‘een risicogebaseerde benadering’ waarbij niet op ongebruikelijke, maar verdachte transacties wordt gefocust. Dat zou de doelmatigheid en kosteneffectiviteit ten goede komen. De financiële sector dringt al lang voor de publicatie van het rapport aan op efficiëntere vormen van toezicht, waaronder de risicogebaseerde benadering. Het aandringen resulteerde in een rechtszaak tussen de bank BUNQ en DNB waarin de door DNB opgelegde methodes ter voldoening van hun wettelijke poortwachtersfunctie centraal stond. Volgens BUNQ waren deze ondoelmatig, ineffectief en gedateerd, in lijn met het later, na het verlies van die rechtszaak gepubliceerde, ‘van herstel naar balans’. 

Terugdenkend aan de belangenafweging, herinnert de oplettende lezer zich de voor het Openbaar Ministerie zo belangrijke effectiviteit van de bestrijding van witwassen. Geef private actoren, wier belangen eerder moesten onderdoen, de ruimte te doen waar ze (doorgaans) beter in zijn dan de overheid: innoveren. DNB moet dus uitdrukkelijk niet, zoals het recent in de witwas-rechtszaak tegen BUNQ deed, private uitvoerders van publieke taken tegenwerken. Het is heel goed dat BUNQ, nota bene een van de kleinste banken van Nederland, met succes van zich afbeet. Het College voor Beroep voor het bedrijfsleven gaf de bank gelijk en schold BUNQ vrij van een ineffectieve verplichting tot het controleren van risicovolle transacties. De grotendeels geprivatiseerde strijd tegen witwassen moet niet ook een strijd tegen het thuisfront worden. 

Het is te hopen dat het OM de private sector kan bijhouden. Sinds de introductie van het plan van aanpak verhoudt het aantal ingediende zaken (5.820 in 2021) zich bij lange na niet tot het jaarlijkse aantal witgewassen euro’s. In dat licht is een (nog) effectievere aanpak gewenst en doet het OM er wijs aan de private sector de ruimte te geven.

Meer over

Deel dit artikel

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar top